Europese beurstoezichthouders verlagen drempel meldingsplicht short selling
Na overleg in ESMA-verband hebben de Europese beurstoezichthouders vanwege de ontwikkelingen op de Europese effectenmarkten besloten de drempel van de meldingsplicht van short selling bij een short sell positie te verlagen. De Europese beurstoezichthouders, waaronder de AFM, hebben hierover na constructief overleg een gezamenlijke verklaring uitgebracht. Grootschalige short selling heeft een drukkend effect op de aandelenkoersen.
Momenteel geldt in Europa de regeling dat netto-short selling posities van meer dan 0,2 procent bij de nationale beurstoezichthouders dienen te worden gemeld. In ESMA-verband is nu besloten deze meldingsdrempel te verlagen naar 0,1 procent. De maatregel gaat per direct in voor de duur van drie maanden en kan indien nodig verlengd worden.
Short selling
Bij ‘short selling’ (ook wel ‘short gaan’) verkoopt een partij geleende aandelen om deze later weer te kopen en terug te geven aan de uitlenende partij. De winst voor deze shorter zit hem in het kopen van aandelen tegen een lagere koers dan hij ze eerder heeft verkocht. Het verkopen van aandelen door shortende partijen, zoals hedgefondsen, zorgt voor extra aanbod en dus een lagere koers van het betreffende aandeel. Zeker als ze aandelen massaal verkopen, kan dat een behoorlijk neerwaarts effect hebben op koersen. Zie hiervoor ook dit artikel over de nadelige effecten van grootschalig short gaan.
Toezichthouder AFM
De AFM volgt de ontwikkelingen op de aandelenbeurzen op de voet in het belang van eerlijke en transparante financiële markten. De toezichthouder heeft een directe lijn met Euronext en andere handelsplatformen, met toezichthouders in binnen- en buitenland en staat in direct contact met handels- en marktpartijen.
Bron: AFM