Door

Spaarrente daalt richting nul procent

spaargeldZaterdag 31 oktober is het Wereldspaardag. Er valt echter weinig te vieren, want de spaarrente is lager dan ooit. Het nulpunt komt in beeld en zelfs negatieve rente behoort tot de mogelijkheden.

In de herfst van 2008, toe de kredietcrisis zich aandiende, was de gemiddelde spaarrente in Nederland ruim 5 procent. Dat is bijna 5 procent hoger dan nu. Zo verlaagt de Rabobank op 5 november de spaarrente naar 0,7 procent. “Wij denken dat de verlaging in lijn met de financiële markten is”, aldus Rabobank-woordvoerder Hendrik-Jan Eijpe. Eerder deze week kwam ING met een soortgelijke renteverlaging.

Gemiddeld onder 1 procent

Bij prijsvechters is nog iets meer dan 1 procent te halen. De gemiddelde variabele spaarrente is volgens recent onderzoek van MoneyView echter al gezakt naar 0,96 procent. Een oplossing was je spaargeld een jaar vastzetten, maar dat levert nu nog maar gemiddeld 0,95 procent op. Zet je het spaargeld vijf jaar weg dan krijg je gemiddeld slechts 1,36 procent.

Verlies op record aan spaargeld

Begin dit jaar bedroeg de variabele rente gemiddeld nog 1,24 procent. Dat was net wat meer dan de vermogensbelasting op spaargeld boven de vrijstelling. De rente is nu echter gezakt tot onder die belastingheffing. Daarbij komt dan nog de inflatie. Deze is de laatste maanden bijna 1 procent. Toch sparen de consumenten stug door. In juni stond er een record van in totaal 345 miljard euro op spaarrekeningen.

Nul procent

Het nulpunt van de spaarrente komt steeds dichterbij. Van de Europese Centrale Bank wordt eind 2015 of begin 2016 nieuw stimulerend beleid verwacht. Volgens economen komen de rentetarieven daardoor nog meer onder druk te staan.

Negatieve spaarrente

De kortlopende marktrentes zijn zelfs al maanden negatief. De Nederlandse banken vragen echter voorlopig geen geld om bij ze te mogen sparen. De Rabobank noemt een negatieve rente op haar eigen spaarrekening zeer onwaarschijnlijk. “Het zou een hele rare situatie zijn”, zegt Eijpe.

Bron: De Financiële Telegraaf